#Het leven van een brei-moeder, steek van de week 1

1 rechts, 2 links

Eindelijk, een moment van welverdiende rust. Ik heb een soort-van-warme kop thee meegenomen, projecttasje naast me op de stoel. Ik schuif de mouwen omhoog, start een van mijn favoriete podcasts en zak weg in de net niet comfortabele stoel. Met de blik op de klok ga ik verder waar ik eerder was gebleven. Af en toe bromt er een auto met daarin een ouder langs, de meeste van hen met haast. Niemand die zo geniet van de rust als ik.

Ik sta namelijk geparkeerd in een straat vlak bij de school waar ik over een half uur een kleuter op mag halen. In mijn handen een breiwerk waar ik niet bij na hoef te denken. Ik brei de steek die ik zelf, ergens in de vorige eeuw, op net zo’n school leerde van een lieve breimoeder.

Insteken, omslaan, doorhalen en weer af laten gaan.

Er zijn niet veel breimoeders meer, maar als je geluk hebt en er eentje treft, dan is de rechte steek de eerste die je leert. Deze steek is de basis voor alle andere steken. Je ziet hem terug in elk patroon, onder de vermomming “1 r”. Heb je deze steek eenmaal onder de knie, dan gaat er een wereld voor je open. Die andere, “averecht” (“1 av”, of links, zoals wij dat thuis zeggen), is tenslotte de achterstevoren tweeling van de rechte steek!

De mogelijkheden zijn eindeloos. Combineer rechte en averechte steken, brei heen en weer of in de rondte en wissel dan ook nog eens van dikte van je breinaalden en je hebt een waar kunstwerk in handen. Lang leve de rechte steek!

Terwijl ik nog even mijn pen uitbrei, wordt er op de ruit geklopt. Een moeder uit ‘mijn’ klas staat naar binnen te grijnzen. “Brei jij ook joh? Tof!”

          STEEK VAN DE WEEK 1

Instructies bij patroon:
Garen: een restje waar je blij van wordt
Breinaald: 1 maatje groter dan aanbevolen op het label van het garen.
Zet 20 steken op.
Herhaal patroon 19 keer (20 ribbels aan beide kanten)
Afkanten